, 23607

Europese bezorgdheid rond woonkredieten: lenen we te veel?

Europese bezorgdheid rond woonkredieten

Nadat ze eerder al het hypothecair mandaat in vraag stelde, pleit de Europese Bankenautoriteit (EBA) nu voor een verplichte waardeschatting bij het toekennen van woonkredieten. Ze wil op die manier vermijden dat kopers buitensporig lenen voor panden met een overschatte waarde. Maar hoeveel leent de Belg vandaag en dreigt hij zijn hand te overspelen?

De vastgoedprijzen gaan nog steeds door het dak. Een woonhuis in ons land kostte in de eerste zes maanden van 2021 gemiddeld 4,5% meer dan het jaargemiddelde van 2020. Rekening houdend met een inflatie van 1,3% ging het om een reële prijsstijging van 3,2% of een extra kostenplaatje van gemiddeld 9.000 euro. In Vlaanderen klokte de prijs van een woonhuis af op gemiddeld 322.274 euro, in Wallonië op 214.824 euro en in Brussel op 507.936 euro.

 

Gemiddeld kredietbedrag bestaande woning: 182.500 euro

Die hoge prijzen vragen van de koper extra financieringsmiddelen. Bovendien vormen de lage rentevoeten een extra motivator om te lenen. Wie een huis bouwt, leende in het tweede semester van 2021 gemiddeld 206.000 euro bij de bank. Dat is een stijging met 38.000 euro of 22% sinds begin 2019. Het gemiddelde kredietbedrag voor de aankoop van een woning bedroeg 182.500 euro of 14,5% meer dan begin 2019.

Tip: Ga hier na tegen welke rentevoeten andere kopers lenen

 

Strengere regels voor banken

Eind 2019 uitte de Nationale Bank haar bezorgdheid over de te hoge maandelijkse schuldenlast van veel Belgen in verhouding tot hun maandelijks beschikbaar inkomen. Ze legde de kredietverstrekkers toen strengere regels op voor het toekennen van woonkredieten. Zo moet de koper standaard 10% van de aankoopprijs én de kosten meteen zelf op tafel leggen. Al geldt er wel een uitzondering voor wie voor het eerst een woning koopt.

Maximum 35% van het leenvolume van startende kopers mag een hogere quotiteit hebben. Dat wil zeggen dat ze meer dan 90% van het aankoopbedrag mogen lenen. Bij maximum 5% daarvan mag de quotiteit meer dan 100% van de aankoopwaarde bedragen. Voor maximum 20% van de andere kopers – dus wie niet voor het eerst een woning koopt – mag de quotiteit tussen 90 en 100% van de aankoopwaarde bedragen.

 

Eigen inbreng: gemiddeld 113.827 euro

Die strengere maatregelen zorgden ervoor dat de gemiddelde eigen inbreng in 2020 al een derde hoger lag dan in 2019. Vorig jaar ging het over alle leeftijdsgroepen heen om gemiddeld 113.827 euro. Dat blijkt uit een onderzoek dat Ivox in opdracht van Finotheker bij 2.000 Belgen liet uitvoeren.

Vooral de 40-plussers trekken de gemiddelde eigen inbreng de hoogte in. De 25- tot 30-jarigen leggen gemiddeld meteen 72.958 euro op tafel. Het hoeft dan ook geen verwondering te wekken dat bijna de helft van de jongere wooneigenaars een stevig duwtje in de rug krijgt van hun ouders of andere familieleden. 51% van de jonge starters beschouwt het zelfs als onmogelijk om een huis te kopen zonder steun van familie.

 

 

Lees ook:

Andere tips over woonleningen

Log in om reacties to posten. Geen login? Registreer u hier.