Appartement samen met ouders kopen?
Re: Appartement samen met ouders kopen?
Daarom is het ook een Plus artikel.
Je moet dus een abonnee zijn van HLN om het te kunnen lezen.
Je moet dus een abonnee zijn van HLN om het te kunnen lezen.
Re: Appartement samen met ouders kopen?
2. Een testament opstellen
Wanneer de langstlevende partner later ook overlijdt, komt de gezinswoning toe aan de kinderen. Maar zij zullen hier wél een hogere erfbelasting op moeten betalen. Dat kan je vermijden door een ‘restlegaat’ toe te voegen aan je testament.
Een restlegaat is een testament waarbij er twee begunstigden worden aangesteld. De eerste begunstigde (hier de langstlevende partner) erft in eerste instantie alles. Maar wanneer hij of zij vervolgens sterft, gaat ‘de rest’ niet naar de wettelijke erfgenamen, maar naar de tweede begunstigde die in het testament wordt aangewezen. Door je kind als tweede begunstigde aan te stellen, zal hij of zij een pak minder erfbelasting betalen.
Sébastien en Véronique zijn getrouwd en hebben één dochter: Chantal. Ze hebben een woning ter waarde van 600.000 euro. Sébastien en Véronique bezitten daar allebei de helft van.
Als Sebastien overlijdt zonder testament, behoudt Véronique haar helft in de gezinswoning. De andere helft van de woning behoort tot de nalatenschap: Véronique erft daarvan het vruchtgebruik en Chantal erft de blote eigendom. Dat betekent dat dochter Chantal eigenaar is van de helft van de woning, maar die niet mag gebruiken.
Véronique moet geen erfbelasting betalen op het vruchtgebruik van de helft van de woning. Chantal zal wél erfbelasting moeten betalen. Ze betaalt 3 procent op de eerste schijf van 50.000 euro, 9 procent op de schijf van 50.000 tot 250.0000 euro en 27 procent op het bedrag boven de 250.000 euro. In totaal betaalt ze dus 33.000 euro.
Stel dat Sébastien een testament maakt en zijn helft van de woning in volle eigendom aan Véronique nalaat, dan moet zij geen erfbelasting betalen. Bovendien kan Véronique zelf beslissen of ze de woning wil verkopen of niet. Chantal erft in dit geval niets.
Als Véronique vervolgens ook overlijdt, erft haar dochter Chantal de volle eigendom van de volledige woning én wordt zij daar volledig op belast. Zij zal op de gezinswoning 114.000 euro erfbelasting betalen. Mocht ze de helft hebben geërfd bij overlijden van haar vader en dan weer de helft bij overlijden van haar moeder, dan had dit bijna 50.000 euro minder gekost.
Hoe kunnen Sébastien en Véronique vermijden dat Chantal een hoge erfbelasting moet betalen?
De hoge erfbelasting voor Chantal kan vermeden worden als Sébastien een restlegaat zou opnemen in zijn testament.
Dat houdt in dat Sébastien bijvoorbeeld voorziet dat zijn helft van de gezinswoning toekomt aan zijn vrouw Véronique (de eerste begunstigde) met de bepaling dat bij haar overlijden zijn deel in de gezinswoning zal toekomen aan hun dochter Chantal (de tweede begunstigde).
In dat geval zou Véronique in eerste instantie de volle eigendom van de woning erven. Na haar overlijden erft Chantal zowel Sébastien zijn deel als het deel van Véronique. Daardoor betaalt Chantal in twee delen erfbelasting. De helft van gezinswoning wordt belast in de nalatenschap van Sébastien (300.000 euro) en de andere helft in de nalatenschap van Véronique (300.000 euro). Chantal zal dus tweemaal 33.000 euro aan erfbelasting moeten betalen. In totaal dus 66.000 euro, een besparing van 48.000 euro aan erfbelasting.
Stel dat Sébastien en Veronique niet alleen een dochter hebben, maar ook een zoon: Tom. Hoe ziet de situatie er dan uit?
De woning is nog steeds 600.000 euro waard en Véronique en Sébastien bezitten nog steeds allebei de helft.
Als Sébastien zijn deel aan Véronique nalaat bij zijn overlijden, betaalt zij géén erfbelasting. Wanneer Véronique later overlijdt, betalen beide kinderen 33.000 euro erfbelasting op elk de helft van de woning
Stel dat Sébastien zijn woning nalaat aan Véronique met een restlegaat, dan betaalt Véronique opnieuw geen erfbelasting, maar dan betalen beide kinderen slechts 21.000 euro erfbelasting in plaats van 33.000 euro. Dat is dus een besparing van 12.000 euro per kind, ofwel 24.000 euro in totaal.