3,8 miljoen werknemers en zelfstandigen sparen voor aanvullend pensioen
3.759.000 werknemers en zelfstandigen sparen voor een aanvullend pensioen. Dit stemt overeen met circa 75 procent van de beroepsbevolking en houdt een stijging in met 2% ten opzichte van 2018, blijkt uit een rapport van de FSMA.
Zowel werknemers als zelfstandigen hebben nog uitzicht op een extra kapitaaltje tegen het moment dat ze de pensioenleeftijd bereiken. Bij de werknemers gaat dat via een groepsverzekering of een pensioenfonds, bij zelfstandigen onder meer via het Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen (VAPZ).
De verdeling volgt de diverse professionele statuten. 85 procent van de mensen met een aanvullend pensioen bouwt extra pensioenrechten op als werknemer, 10 procent als zelfstandige en 5 procent als werknemer én zelfstandige.
Werknemers
Het initiatief voor de opbouw van een pensioenplan voor werknemers gaat meestal uit van de werkgever. Het kan daarnaast ook worden ingericht door een bedrijfssector.
In totaal bedragen de opgebouwde pensioenreserves in het kader van een ondernemingsplan 49,4 miljard euro, tegenover 4,7 miljard euro pensioenreserves opgebouwd in een sectorplan.
Werknemers die geen of slechts een heel klein aanvullend pensioen opbouwen bij hun werkgever, kunnen bovendien op eigen initiatief een Vrij Aanvullend Pensioen voor Werknemers (VAPW) onderschrijven. Voor dit aanvullend pensioenproduct zijn nog geen cijfers beschikbaar.
Zelfstandigen
Een zelfstandige kan op individuele basis dan weer een aanvullend pensioen opbouwen via het Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen (VAPZ). Als een zelfstandige het statuut heeft van zelfstandige bedrijfsleider kan de onderneming voor hem een aanvullend pensioen opbouwen, de zogenaamde Individuele Pensioentoezegging (IPT).
Nieuw is dat zelfstandigen die hun professionele activiteit niet in een vennootschap uitoefenen sinds 1 juli 2018 de mogelijkheid hebben om een pensioen bijeen te sparen via een Pensioenovereenkomst voor Zelfstandigen (POZ). Reeds 3.153 mensen deden dat.
Zelfstandigen bouwden in totaal in het kader van een VAPZ-contract 7,9 miljard euro aan pensioenreserves op. Zelfstandige bedrijfsleiders hebben al 18,3 miljard euro in hun potje zitten en het nieuwe POZ is goed voor 26,7 miljoen euro.
Hoeveel?
De gemiddelde verworven reserve van wie een aanvullend pensioen opbouwt en de pensioenleeftijd nadert – de leeftijdscategorie van 55 tot 64-jarigen - bedraagt 54.384 euro. Achter dit globale gemiddelde gaan grote verschillen schuil. Zo bedraagt de mediaanreserve voor de 55-64-jarigen slechts 8.747 euro.
Bij mannen ligt de gemiddelde verworven reserve voor die leeftijdscategorie op 68.550 euro. Dat is een stuk hoger dan bij vrouwen (32.030 euro).
Ook tussen de professionele sociale zekerheidsstatuten zijn er grote verschillen qua verworven reserves. Een zelfstandige bedrijfsleider beschikt gemiddeld over een pensioenreserve van 81.644 euro, terwijl een aangeslotene bij een sectoraal pensioenplan voor werknemers gemiddeld beschikt over een reserve van 2.425 euro.
Verzekeringsondernemingen beheren 90% van de pensioenreserves, waarvan ruim 90 procent in een tak 21-verzekeringsproduct.
- Staatsbons brengen 1,90% en 3,20% op
- Maximum aan gewaarborgde rente op tak21-spaarverzekeringen stijgt naar 3,75%
- Tientallen bedrijven in de fout met aanbieding extra aanvullend pensioen
Andere tips over IPT, POZ en VAPZ
Log in om reacties to posten. Geen login? Registreer u hier.