Contact

Aflossing lening weegt zwaarder door in gezinsbudget

Johan Van Geyte

Het aflossen van een woonlening is de voorbije jaren steeds zwaarder gaan doorwegen op het budget van de Belgische gezinnen, blijkt uit een bundeling van de jaarlijkse analyses van de woonleningen bij marktleider BNP Paribas Fortis. De kredietnemers die vorig jaar bij de bank een dergelijk krediet afsloten, besteden nu gemiddeld al 40% van hun inkomsten aan de terugbetaling ervan.

In 2017 zagen 55-plussers die bij de bank een nieuw krediet afsloten gemiddeld 30% van hun inkomsten naar de afbetaling van de lening gaan. Bij – 30-jarigen was dat gemiddeld 36%.

Sindsdien is dat stelselmatig opgelopen. In 2018 bedroeg het algemene gemiddelde 38%. In 2022 was dat al 39% en in 2024 dus 40%.

Lichter met de jaren

Die verhoudingen golden op het moment van het afsluiten van het krediet. In normale omstandigheden worden ze nadien kleiner. Dat komt omdat het gros van de leningen wordt afgesloten tegen een vaste rente. Daarvan blijven de afbetalingen tijdens de hele looptijd van het krediet constant. Aan de andere kant nemen de inkomsten doorgaans toe. Lonen en uitkeringen zijn immers gekoppeld aan de evolutie van de index. Wie voor 2021 een lening had afgesloten, deed bijvoorbeeld zeer goede zaken. In 2021 en 2022 was er een hoge inflatie en dus een hoge aanpassing van de lonen, terwijl de afbetalingen niet veranderden.

Grotere leningen

Ook de maandlast zat overigens in de lift. Voor leningen die in 2017 bij BNP Paribas Fortis - dat goed is voor een op de vier woonleningen in ons land - werden afgesloten, bedroeg de afbetaling gemiddeld 845 euro. In 2022 werd dat 956 euro. In 2024 zaten we al aan 1.072 euro, waarmee de grens van 1.000 euro dus sneuvelde.

Dat heeft uiteraard alles te maken met het duurder worden van de woningen en het hogere bedrag dat ervoor werd geleend.

Voor nieuwbouw steeg het gemiddelde geleende bedrag bij BNP Paribas Fortis van 196.000 euro in 2017 naar 267.000 euro in 2022, waarna dat licht zakte tot 263.000 euro in 2024.

Voor een aankoop van een woning ging het geleende bedrag van 174.000 euro in 2017 naar 235.000 in 2022. In 2024 was dit 233.500 euro.

Quotiteit

Vanuit het standpunt van de banken speelt ook de quotiteit een rol. Dat is het percentage van de waarde van de woning waarvoor de bank als financier optreedt. In 2017 was dit gemiddeld 76%, al liep het bij – 30-jarigen op tot 86%. Het saldo en de bijkomende kosten, betaalden de kredietnemers uit eigen zak of kregen ze van een sponsor. In 2022 was dit 73%, in 2024 74%.

De Nationale Bank van België vraagt aan de commerciële banken om dit goed in het oog te houden. Als de kredietnemers hun verplichtingen niet meer kunnen nakomen, moeten de financiële instellingen immers de woning verkopen om met de opbrengst het nog uitstaande bedrag te delgen. Hoe lager de quotiteit, hoe groter de kans dat dit lukt. Het probleem zou zich vooral stellen tijdens een vastgoedcrisis, waarbij de waarde van de panden aanzienlijk zou dalen.

Let op met gemiddelden

Uiteraard zeggen gemiddelden niet alles. Onder die gemiddelden kunnen heel verschillende realiteiten schuilgaan. Zo blijkt uit het overzicht van BNP Paribas Fortis dat jongeren tot 30 jaar vorig jaar gemiddeld 214.000 euro leenden, dat ze vervolgens in 280 maanden terugbetaalden met een gemiddelde maandlast van 1.079 euro, wat 37% van hun inkomen was. Ze leenden gemiddeld 82% van de waarde van hun pand.

55+’ers leenden gemiddeld 169.000 euro, wat hen gedurende 129 maanden een maandlast van 1.169 euro bezorgde. Dat was 36% van hun inkomsten. De quotiteit van hun lening bedroeg 57%.

Alleenstaanden leenden gemiddeld 172.000 euro, waardoor ze gedurende 246 maanden gemiddeld 950 euro dienden af te betalen. Dat was 41% van hun inkomen. De quotiteit van hun krediet beliep 73%.

 

 

Andere tips over woonleningen

Log in om reacties to posten. Geen login? Registreer u hier.

Schrijf je in op onze nieuwsbrief!

& ontvang tips om te besparen